‘Voor het eerst betekent Veteranendag dit jaar iets voor ons’

27 juni 2020

ABP is trots op de vele militairen die aangesloten zijn bij ons pensioenfonds. We willen zowel jonge als oudere veteranen daarom graag een onvergetelijke Veteranendag wensen. Die vindt dit jaar plaats in aangepaste vorm, zonder fysieke bijeenkomsten. Gelukkig wordt er in het hele land wel gevierd, herinnerd en ontmoet. We spraken Thijs (44) en Hans (42), die in 1996 als dienstplichtig soldaten uitgezonden werden naar Bosnië. Vandaag blikken ze samen terug op deze bijzondere tijd, op hun allereerste Veteranendag.

Jongensboek

Voor Thijs had zijn uitzending naar Bosnië iets weg van een heel serieus jongensboek. ‘Vanaf de landing op het vliegveld van Split gingen we met kogelwerend vest om en helm op – hop zo de bus in’, vertelt hij. ‘Honderden kilometers reden we door Kroatië, onderweg naar ons kamp in Bosnië. Je kunt je voorstellen dat zo’n eerste kennismaking met het land veel indruk maakt op een jongen van 20. Je ziet de sporen van de oorlog in het landschap, maar ook in de bewoners. Je kon zien dat ze moegestreden waren en toe waren aan rust, vrede en veiligheid. En daarom waren wij daar.”

Mijnen

Hans en Thijs zaten bij een logistiek bataljon dat de andere strijdkrachten in Bosnië bevoorraadde. Als ambulancechauffeur en hospik reden ze daarom vaak achter transport konvooien, als begeleiding. Hebben ze hun uitzending eigenlijk als gevaarlijk ervaren? ‘Ik ben tegenwoordig buschauffeur en maak soms meer spanning mee dan toen’ lacht Thijs. ‘We reden voornamelijk tussen de havens in Kroatië en de Nederlandse bases in Santici en Busovaca. Ik zag wel meer van het land dan de kampkok, maar heb mijn wapen gelukkig nooit hoeven te gebruiken. Wat ik wel spannend vond als jongen van 20, was toen we als medische backup werden ingezet bij de mijnenruimacties van de EOD. Daar heb ik wel een paar keer in actie moeten komen als hospik.”

Bevalling

Ook Hans, tegenwoordig sportinstructeur, heeft tijdens zijn uitzending gelukkig nooit hoeven te vrezen voor zijn leven. ‘Het was een vredesmissie’, vertelt hij. ‘De strijdkrachten die voor ons in Bosnië zaten, hebben zich hard ingezet om vrede te brengen. Wij waren er om die vrede te bewaren. Op onze gezondheidspost op het kamp was het dus relatief rustig. Af en toe kwam er een chauffeur met aambeien of iemand met een gebroken been. Gelukkig, maar toch - soms voelde het voor ons als hospik alsof je zat te wachten op dingen die niet gingen gebeuren. Ik was daarom liever onderweg met een konvooi naar Sarajevo of Split, dan had je meer te doen en te zien. Daar voelde ik me ook echt nuttig, ik heb zelfs bij een bevalling geholpen! Wat ik wel fijn vond aan het werk op het kamp, is dat je echt het kameraadschap ervaart met je maten. Daar zijn vriendschappen voor het leven gemaakt.’

Tijd voor bezinning

Thijs en Hans zijn elkaar door de jaren heen regelmatig blijven zien en gaan soms zelfs met de gezinnen samen op vakantie. Waarom besloten ze vandaag eigenlijk Veteranendag te vieren? ‘Voor het eerst betekende Veteranendag iets voor ons’, vertelt Hans. ‘Dit jaar voelt anders, misschien wel omdat we door het vele thuiswerken meer tijd voor bezinning hebben gehad? Geen idee. We gaan zo gezellig bijkletsen, daarna naar de livestream kijken van de bijeenkomst in de Ridderzaal.’

Veteranendag leeft

‘Het leeft gelukkig wel onder de mensen’, merkt Thijs op. ‘Onderweg zag ik verschillende mensen die een witte anjer droegen. Mooi om te zien dat ze aan je denken en dat ze stilstaan bij de verdienste van al die militairen die ver weg van hun gezin zich met 100% inzetten voor zo’n missie. Als veteraan krijg je naast veel lof ook weleens kritiek te horen. Toen het vorig jaar op een verjaardagfeestje ter sprake kwam dat ik in Bosnië gediend heb, ontaarde dat in een discussie over goed en fout. Maar dat hoort er nu eenmaal bij denk ik. Je moet er geweest zijn om te weten hoe het echt is.’