De kunst van gelukkig ouder worden

Kunstschilder Bep Bernard (74) maakte jongensdroom waar bij pensionering
7 augustus 2020

Als kind droomde hij er al van om kunstenaar te worden. Geïnspireerd door de groten uit zijn tijd – Karel Appel, Corneille – was zijn doel duidelijk: op naar de kunstacademie. Maar toen zijn vader dat idee vriendelijk maar dringend afraadde, koos Bep Bernard (74) voor een loopbaan in de financiën en marketing. Tot hij op 60-jarige leeftijd alsnog besloot zijn jongensdroom na te jagen: hij ging vervroegd met pensioen en werd kunstschilder. We spreken hem over zijn werk, zijn pensioen én de kunst van gelukkig ouder worden.

Als de Schiedammer vertelt over de artistieke invulling van zijn pensioen, spat het enthousiasme ervan af. Maar ook over zijn werkende leven is hij positief. En dat terwijl zijn vader hem min of meer in die richting dwong. Want: je moet wel een inkomen hebben. ‘Hij had natuurlijk ook wel een beetje gelijk. En ik heb veel plezier in mijn werk gehad’, vertelt Bep, die eerst 20 jaar bij de PTT (KPN) in verschillende functies werkte (en pensioen opbouwde bij ABP). Om daarna zelf een adviesbureau op te zetten. ‘Ik mocht voor overheden en mooie bedrijven werken. Zo hielp ik ministeries met het oplossen van arbeidsmarktvraagstukken. Ook vervulde ik op interim-basis de laatste drie jaar een rol als directeur economie voor de stad Rotterdam. Daar kwam ik weer veel in aanraking met de culturele sector en begon het toch te kriebelen.’

‘Kijken of ik het nog kan’

Het was op die plek dat Bep besloot: het is mooi geweest, ik word kunstenaar. ‘Dat zat altijd in mijn achterhoofd. Toen ik besefte dat ik met mijn onderneming én het opgebouwde pensioen een goede buffer had, hakte ik de knoop door.’ Het eerste wat hij deed? Met schrift en pen in de aanslag naar zijn vakantiehuis in de Vogezen. ‘Kijken of ik het nog kon.’ En dat bleek het geval; hij legde beide attributen nooit meer neer. Sterker nog: zijn talent voor schilderen en tekenen bleef niet onopgemerkt. De afgelopen 14 jaar stonden zijn schilderijen en etstekeningen op verschillende exposities in binnen- en buitenland. Zijn stijl? Realistisch. Met verschillende technieken. Van tekenen tot acryl.

Inactiviteit en saaiheid

‘Op die exposities sprak ik veel generatiegenoten. En ik schrok van de manier waarop velen van hen hun gepensioneerde leven invulden. Niks meer willen doen, inactief in het leven staan, klagen over de saaiheid van het bestaan’, zegt Bernard, die daaraan toevoegt dat eenzaamheid daar – ook door de coronacrisis – een belangrijke rol in speelt. ‘Toen dacht ik: zou kunst niet, net als bij mij, ook anderen kunnen helpen om meer in beweging te komen, om weer geïnspireerd te raken? Vanaf dat moment ben ik gestart met het organiseren van bijeenkomsten waar we met een groep samen schilderen.’ En dat blijkt zijn vruchten af te werpen. ‘Je ziet mensen echt opbloeien. Er komt een stukje zingeving bij. Daar word ik ontzettend enthousiast van.’

Gelukkig oud worden

Zingeving in die ‘tweede helft’ van het leven, gelukkig ouder worden – en anderen inspireren dat ook te doen: het vormt – om in kunsttermen te blijven – het leitmotif in zijn gepensioneerde leven. Hij schreef er zelfs een boekje over. ‘Misschien klinkt alles wat ik nu vertel wel heel erg ‘holladijee’, maar ik heb ook mijn tegenslagen gehad. Echtscheiding, hartinfarct, zware depressie. Daar ben ik met goede hulp van anderen uitgekomen. En kunst hielp me daar ook bij. Ik besloot een boekje te maken met tekeningen en verhalen over hoe ik oud worden beleef.’ 

De naam van het boekje? Gelukkig oud worden. Gevraagd naar dé les daaruit, zegt Bep onomwonden: ‘Iedereen heeft als kind dromen. Die verdwijnen door het werkende leven vaak naar de achtergrond. Mijn advies? Rakel die droom voordat je met pensioen gaat weer op en ga er bij pensionering helemaal voor.’