Krijgt u een nieuwe baan? Dan heeft u mogelijk via uw werk bij een nieuw pensioenfonds partner- en wezenpensioen. 

• Gaat u na 1 januari 2027 uit dienst, maar heeft u nog geen nieuwe baan? Dan loopt de dekking standaard nog 3 maanden door. Overlijdt u in deze periode? Dan hebben uw nabestaanden toch recht op partner- en wezenpensioen. 
• Gaat u na 1 januari 2027 uit dienst en wilt u de dekking langer dan 3 maanden laten doorlopen? Dan kunt u er zelf voor kiezen om het recht op partner- en wezenpensioen te verlengen. De premie hiervoor betaalt u uit uw pensioenpot. Het pensioen voor uzelf wordt daardoor lager. 
• Gaat u na 1 januari 2027 uit dienst omdat u arbeidsongeschikt bent? Dan loopt de dekking voor partner- en wezenpensioen standaard door, zolang u arbeidsongeschikt bent. Dat geldt ook voor u als u een WW- of ZW-uitkering of ontslaguitkering krijgt.  
• Gaat u met pensioen? Dan kunt u – net als nu - ervoor kiezen of u meer pensioen wilt voor uw partner of voor uzelf.

Zolang u via uw werk pensioen opbouwt bij ABP, krijgt uw partner: 

• Elk jaar zolang uw partner leeft 41% van het salaris dat meetelt voor uw pensioen (ook wel: pensioengevend inkomen). Werkt u bij Defensie? Dan is dit percentage 43%. 
• Als u minder uren werkt, is uw salaris lager en dus ook het partnerpensioen lager. 
• Partnerpensioen dat u tot 1 januari 2027 heeft opgebouwd. Hoeveel dit is, kunt u vinden in MijnABP of op uw jaarlijkse pensioenoverzicht (UPO).  

Bouwt u geen pensioen meer op bij ABP? Dan krijgt uw partner na 1 januari 2027 standaard geen partnerpensioen. In de volgende gevallen is er (tijdelijk) toch partnerpensioen bij ABP:  

• Heeft u een nieuwe baan? Dan kan uw partner partnerpensioen krijgen van uw nieuwe pensioenfonds. Vraag dit na bij uw nieuwe pensioenfonds of verzekeraar.  
• Heeft u (nog) geen nieuwe baan? Dan houdt uw partner nog 3 maanden lang recht op partnerpensioen.  
• Bent u arbeidsongeschikt? Mogelijk krijgt u een arbeidsongeschiktheidspensioen en bouwt u nog pensioen bij ons op. Dan loopt de dekking voor het partnerpensioen door zolang u arbeidsongeschikt bent. 
• U kunt het recht op partnerpensioen zelf verlengen. Dit betaalt u dan uit uw pensioenpot. Hierdoor wordt uw eigen pensioen lager. Hierover krijgt u informatie als u na 1 januari 2027 uit dienst gaat.  
• In bepaalde situaties loopt het recht op partnerpensioen na 3 maanden door, zonder dat u daarvoor premie uit uw pensioenpot hoeft te betalen. Namelijk wanneer u een WW- of ZW-uitkering ontvangt direct nadat u bent gestopt pensioen bij ons op te bouwen. De dekking loopt dan door zolang de WW- of ZW-uitkering duurt. Onder voorwaarden kan het doorlopen tot 3 maanden na het einde van uw uitkering.    
• Uw partner houdt recht op het partnerpensioen dat u tot 1 januari 2027 heeft opgebouwd. Hoeveel dit is kunt u vinden op MijnABP of op uw jaarlijkse pensioenoverzicht. Dat geldt ook voor het bijzonder partnerpensioen voor uw ex-partner als u bent gescheiden en uw ex-partner daar geen afstand van heeft gedaan.   

Gaat u met pensioen? Lees hier wat er voor uw partner geregeld is als u overlijdt nadat uw pensioen is ingegaan.

Nu is er maximaal voor 5 kinderen wezenpensioen. Zijn er meer dan 5 kinderen? Dan verdelen we het bedrag over hen. In de nieuwe situatie geldt dat maximum niet meer. Dan krijgen al uw kinderen een volledig wezenpensioen. Het maakt niet uit hoeveel (stief-)kinderen er zijn.   

Zolang u via uw werk pensioen opbouwt bij ABP, krijgen al uw kinderen jonger dan 25 jaar: 

• 7% van uw salaris dat meetelt voor uw pensioen. (ook wel: pensioengevend inkomen). Werkt u bij Defensie? Dan is dit percentage 8%.  
• Als u minder uren werkt, is uw salaris lager en dus ook het partnerpensioen lager. 
• Als uw kinderen na uw overlijden geen ouders meer hebben, krijgen zij het dubbele bedrag (14%).   
• Ook krijgen zij het wezenpensioen dat u tot 1 januari 2027 heeft opgebouwd. Hoeveel dit is, ziet u op MijnABP of op uw jaarlijkse pensioenoverzicht (UPO).  

Bouwt u geen pensioen meer op bij ABP via uw werk? Dan krijgen uw kinderen geen wezenpensioen. In de volgende gevallen is er (tijdelijk) toch wat geregeld:  

• Heeft u een nieuwe baan? Dan bouwt u mogelijk pensioen op bij een ander pensioenfonds of een verzekeraar. Dan kunnen uw kinderen wezenpensioen krijgen van die organisatie. Vraag dit na bij uw nieuwe pensioenfonds of verzekeraar. 
• Heeft u (nog) geen nieuwe baan? Dan houden uw kinderen standaard nog 3 maanden lang recht op wezenpensioen.  
• Bent u arbeidsongeschikt? Mogelijk krijgt u een arbeidsongeschiktheidspensioen en bouwt u nog pensioen bij ons op. Dan loopt de dekking voor het wezenpensioen door zolang u arbeidsongeschikt bent. 
• U kunt het wezenpensioen zelf verlengen. Dat is altijd in combinatie met een verlening van het partnerpensioen (zie hierboven). Deze verlenging voor het partner- en wezenpensioen betaalt u dan uit uw pensioenpot. Hierdoor wordt uw eigen pensioen lager. 
• In bepaalde situaties loopt het recht op wezenpensioen na 3 maanden door, zonder dat u daarvoor premie uit uw pensioenpot hoeft te betalen. Namelijk wanneer u een WW- of ZW-uitkering ontvangt direct nadat u bent gestopt pensioen bij ons op te bouwen. De dekking loopt dan door zolang de uitkering duurt. Onder voorwaarden kan het doorlopen tot 3 maanden na het einde van uw uitkering.    
• Uw kinderen houden recht op het wezenpensioen dat u tot 2027 heeft opgebouwd. Hoeveel dit is, ziet u op MijnABP of op uw jaarlijkse pensioenoverzicht (UPO).  

De Anw-compensatie stellen we vanaf 1 januari 2027 elk jaar opnieuw vast. Het verandert dus 1 keer per jaar als het is ingegaan. Dat bedrag blijft vervolgens het hele jaar hetzelfde. We nemen maatregelen om het zo koopkrachtig en stabiel mogelijk te houden.

In de vernieuwde pensioenregeling is het partner- en wezenpensioen voor uw nabestaanden een vast percentage van uw salaris (ook wel: pensioengevend inkomen).

Gaat u uit dienst? Dan hebben zij hier standaard nog 3 maanden lang recht op. In sommige gevallen is die periode langer. Daarna krijgen zij het niet meer als u overlijdt. U kunt ervoor kiezen om die periode te verlengen. 

Krijgt u een nieuwe baan? Mogelijk krijgen zij een partner- en wezenpensioen via uw nieuwe pensioenfonds. Het partner- en wezenpensioen dat u tot 1 januari 2027 opbouwt blijft staan. Uw partner en kinderen tot 25 jaar ontvangen dit vanaf het moment dat u overlijdt. Ook als u geen pensioen meer opbouwt bij ABP. 

Het partnerpensioen gaat in op de 1e dag van de maand na uw overlijden. Uw partner moet hiervoor bij ons bekend zijn. Lees hier meer over uw partner aanmelden. 

Nu is er maximaal voor 5 kinderen wezenpensioen. Zijn er meer dan 5 kinderen? Dan verdelen we het bedrag over hen. In de nieuwe situatie geldt dat maximum niet meer. Dan krijgen al uw kinderen een volledig wezenpensioen. Het maakt niet uit hoeveel (stief-)kinderen er zijn.

Als u in Nederland bent getrouwd of geregistreerd partners bent, hoeft u uw partner niet aan te melden. Woont u samen? En krijgt u nog geen AOW van de overheid? Meld uw partner dan aan via MijnABP. Dat kan in de vernieuwde regeling tot uw pensioen ingaat.

Als u nog geen AOW krijgt, is het volgens onze huidige pensioenregeling nog mogelijk om een nieuwe partner aan te melden. Ook als uw pensioen al is ingegaan. In de vernieuwde pensioenregeling is dit alleen nog mogelijk voor het partnerpensioen dat u heeft opgebouwd voor 1 januari 2027. Het maakt daarbij niet uit of u samenwoont, trouwt of een geregistreerd partnerschap aangaat. 

En heeft u geen Anw-compensatie op 1 januari 2027, omdat u Anw van de overheid krijgt? Dan kan zijn dat u hier alsnog recht op krijgt als u geen Anw meer, bijvoorbeeld door wijzigingen in uw Anw op of na 1 januari 2027. U kunt zich in dat geval nog tot 2037 melden bij ABP.  

Als u aan de voorwaarden voldoet, kunt u een vast bedrag Anw-compensatie krijgen per dienstjaar van uw overleden partner die deelnemer was bij ABP. Er geldt een maximum van 40 jaar. 

ABP betaalt dit tot uw AOW-leeftijd. Dat is gelijk aan de Anw van de overheid.

Dan loopt dit loopt door tot uw 21e. In de nieuwe regels voor pensioen is deze leeftijd verhoogd naar 25 jaar. Dat betekent dat uw wezenpensioen ook doorloopt tot 25 jaar als u dit nog ontvangt op 1 januari 2027.

Waren er meer dan 5 (stief-)kinderen op het moment dat uw ouder overleed? Dan is het totale bedrag aan wezenpensioen voor 5 kinderen verdeeld over alle kinderen. U krijgt daardoor minder wezenpensioen. In de vernieuwde pensioenregeling maakt het niet langer uit hoeveel (stief-)kinderen er zijn met recht op wezenpensioen. Als dat voor u geldt, passen we uw wezenpensioen aan. U krijgt dan vanaf 1 januari 2027 meer geld (tot uw 25e).

Heeft u toen u met pensioen ging, gekozen voor partnerpensioen? Dan regelt ABP een pensioen voor hen vanaf het moment dat u overlijdt. U kinderen krijgen wezenpensioen.

Het is belangrijk dat uw partner bij ons bekend is. Dat is automatisch zo als u (voor uw pensioen) bent getrouwd in Nederland of een geregistreerd partnerschap bent aangegaan. In andere situaties moet u hem of haar aanmelden. MijnABPwie bij ons als partner staat opgenomen in de administratie. Meldt uw partner aan voor uw AOW-leeftijd.

Tot we overgaan op de nieuwe regels kunt u onder voorwaarden een nieuwe partner aanmelden tot uw AOW-leeftijd. Ook als u al pensioen krijgt. In de vernieuwde pensioenregeling kunt u uw partner alleen nog aanmelden voor het partnerpensioen dat u tot 1 januari 2027 heeft opgebouwd. Het maakt daarbij niet uit of u samenwoont, trouwt of een geregistreerd partnerschap aangaat.

Heeft u geen partner op het moment dat uw pensioen ingaat? Dan voegen wij het pensioen dat u tot 1 januari 2027 heeft opgebouwd voor een partner toe aan uw eigen pensioen. U krijgt dan meer pensioen.