Hieronder leest u een beslissing van de Commissie van Beroep. U kunt geen rechten ontlenen aan deze tekst. Om de privacy van onze deelnemers te beschermen, zijn de gebruikte namen niet echt.
Het probleem: Pieter vond dat wij zijn tegoed niet met zijn schuld mochten verrekenen
Pieter kreeg een periode te veel pensioen van ons. Hierdoor ontstond er een schuld. Ook kreeg Pieter een periode te weinig pensioen. Dit bedrag had Pieter dus nog tegoed van ons. Wij trokken daarna het tegoed van de schuld af. Dit noemen wij ‘Verrekening’. Maar Pieter vond dat ABP het tegoed niet zomaar mocht verrekenen met de schuld.
De situatie: Pieter kreeg van mei 2017 tot januari 2019 te veel pensioen
Maar hij kreeg ook van 1 december 2012 tot 1 mei 2017 te weinig pensioen van ons. Toch betekende dit voor Pieter dat hij een schuld bleef houden bij ABP.
Zodra het gaat over terugvorderen van een schuld, kijken wij naar ons Beleid 'Herziening en Terugbetaling Pensioenuitkering’. Daar staat in wat wij doen met een openstaand tegoed. De regel is dat een tegoed eerst wordt verrekend met de schuld. Daarna wordt gekeken naar de schuld die nog over blijft. Volgens het beleid hoefde Pieter zijn overgebleven schuld niet terug te betalen, omdat deze méér dan 9 maanden geleden ontstond.
De beslissing: De Commissie vindt dat ABP het beleid goed heeft toegepast
In het Burgerlijk Wetboek staat dat iemand geld terug mag vragen als dit verkeerd is uitbetaald. Dit heet ‘het recht om terug te vorderen’. Als ABP dus teveel of te weinig pensioen uitbetaalt, dan mag ABP dat aanpassen. Hoe ABP dit doet, staat in het Beleid ‘Herziening en Terugbetaling Pensioenuitkering’. Hierin staat duidelijk dat een tegoed eerst moet worden verrekend met een schuld. In het geval van Pieter betekent dit dat zijn tegoed is komen te vervallen. Maar ook dat hij zijn resterende schuld niet meer terug hoefde te betalen.
Kijk ook eens in ons pensioenreglement. Daar leest u alle regels in makkelijke taal.