Hieronder leest u een beslissing van de Commissie van Beroep. U kunt geen rechten ontlenen aan deze tekst. Om de privacy van onze deelnemers te beschermen, zijn de gebruikte namen niet echt.
Het probleem: werkgever x vindt dat ABP vrijstelling moet geven voor de VPL-premie
Werkgever x ging ervan uit dat voor de jaren 2021 en 2022 geen premie voor het voorwaardelijk pensioen (VPL-premie) betaald hoeft te worden. Deze werkgever vindt het ongepast dat een werkgever die vrijwillig aansluit bij ABP, verplicht moet betalen voor voorwaardelijk pensioen. En dat terwijl zijn werknemers daar nooit recht op zullen hebben.
De situatie: ABP geeft geen vrijstelling voor het betalen van VPL-premie
Werkgever x sloot een overeenkomst met ABP tot vrijwillige aansluiting vanaf 1 januari 2021. Door die overeenkomst gelden de statuten, pensioen- en overige reglementen van ABP.
De beslissing: ABP kan geen vrijstelling geven voor het betalen van de VPL-premie
Volgens het pensioenreglement en het uitvoeringsreglement van ABP moet werkgever x pensioenpremies aan ABP betalen voor de hele pensioenregeling. Inclusief het voorwaardelijk pensioen. ABP liet dit diverse keren en op tijd aan werkgever x weten. Hierna tekende werkgever x de overeenkomst tot vrijwillige aansluiting. En daarmee verbond deze zich volgens de bepalingen van het pensioenreglement en het uitvoeringsreglement tot het betalen van premie.