Ouderdomspensioen en vervroeging AOW-leeftijd

27 december 2021

Hieronder leest u een beslissing van de Commissie van Beroep. U kunt geen rechten ontlenen aan deze tekst. Om de privacy van onze deelnemers te beschermen, zijn de gebruikte namen niet echt.

Het probleem:
Judith vindt dat ABP haar ouderdomspensioen te laag berekende

Voor haar gevoel leveren de pensioenjaren van Judith onder de eindloonregeling te weinig op. Als je dit vergelijkt met de jaren onder de middelloonregeling.

De situatie:
Judith kreeg vanaf 2017 ouderdomspensioen van ABP

Ze bouwde van 1972 tot 2004 pensioen op in de eindloonregeling. En van 2004 tot 2017 in de middelloonregeling. In deze laatste periode bouwde Judith naar verhouding meer pensioen op dan tijdens de eindloonregeling.

De beslissing:
De Commissie vindt dat ABP het ouderdomspensioen van Judith juist berekende

De Commissie begrijpt dat Judith de berekeningen van haar pensioen ingewikkeld vindt. En dat dit voor haar verwarrend kan zijn. De verschillen komen door de verschillende regels tijdens elke periode waarin Judith pensioen opbouwde. Bijvoorbeeld vanaf 1-1-1996, toen wij het Pensioenreglement invoerden. Toen zorgden de rekenregels ervoor dat we met minder pensioenjaren rekenden. Anders werd het pensioenbedrag na 1-1-1996 hoger dan volgens de ABP-wet de bedoeling was. 

Kijk ook eens in ons pensioenreglement. Daar leest u alle regels in makkelijke taal.