'Na 44 jaar bij de politie vond ik het welletjes'

Erik ontvangt tijdelijk hoger ABP-pensioen
25 maart 2021

Oud-politieman Erik droomde van stedentrips en ritjes op zijn motorfiets. Na 44 jaar bij de politie vond hij het ook welletjes en wilde hij stoppen met werken. Sinds juni vorig jaar maakt Erik gebruik van de levensloopregeling. Een soort prepensioen waarvoor hij jarenlang premie betaalde. In juni 2021 gaat hij met vervroegd pensioen en zal hij een uitkering van het ABP gaan ontvangen. ‘Ik hoop dat tegen die tijd een aantal coronamaatregelen zijn teruggedraaid, zodat mijn vrouw en ik naar hotels kunnen en door heel Nederland kunnen reizen. Gelukkig is motorrijden nog altijd wel mogelijk.’

Als kind al wist Erik dat hij bij de politie of de luchtmacht wilde. Het werd de politie, omdat hij op jeugdige leeftijd een bril kreeg aangemeten. ‘Toen bleef alleen de politie over.’

Spil tussen de werkvloer en andere partijen

De eerste 38 jaar werkte Erik als politieagent op straat. De laatste zes jaar van zijn carrière maakte hij onderdeel uit van een ander team: één van de tien ZSM-tafels die ons land telt. Dit is een samenwerkingsverband tussen politie, Openbaar Ministerie (OM), Reclassering, Raad voor de Kinderbescherming en Slachtofferhulp. Erik was het aanspreekpunt namens de politie en was hiermee de spil tussen de werkvloer en de partners. ‘Het doel was om als er sprake was van eenvoudige en makkelijk bewijsbare misdrijven - zoals winkeldiefstal en vandalisme – de zaak snel af te handelen.’

Belastingvrij sparen

Erik deed zijn werk met veel plezier, maar nam weloverwogen het besluit om eerder te stoppen. ‘Je merkt dat je ouder wordt. En ik was ervan uitgegaan dat ik al op mijn 60ste zou kunnen stoppen met werken. Er werd toen ik bij de politie kwam gezegd dat we op ons 60ste met functioneel leeftijdsontslag zouden kunnen.’

 

Die regeling ging echter op de schop. Daarvoor in de plaats kwam de afspraak dat agenten belastingvrij geld opzij konden zetten: een spaarpotje om alsnog vervroegd uit te kunnen treden. De levensloop-pot van Erik was op zijn 64ste voldoende gevuld om te kunnen stoppen. Dat was (mede dankzij nog wat op te nemen vakantie-uren) in april 2020. In juni van dit jaar gaat hij officieel met pensioen en ontvangt hij een uitkering van het ABP.

Extra pensioen ter overbrugging

Doordat de oud-politieagent in juni van dit jaar 65 is, ontvangt hij nog geen AOW. Daar moet hij nog ruim anderhalf jaar op wachten. Erik kon ervoor kiezen om tot die tijd een aanvulling op zijn ABP-pensioen te ontvangen vanuit de CAO Politie. Hij krijgt in die periode vanuit de regeling vervroegd uittreden (RVU) per maand een extra uitkering van ongeveer 800 euro extra.

 

‘Die toelage vervalt zodra ik AOW krijg. Daarnaast heb ik ervoor gekozen om de pensioenbedragen van ABP anders te verdelen. Mijn vrouw is een aantal jaren jonger dan ik en zodoende krijgt zij haar AOW pas later. Door mijn pensioenuitkering van het ABP tot die datum tijdelijk te verhogen, ontvangen we vanaf juni van dit jaar maandelijkse vrijwel eenzelfde inkomen als wanneer mijn vrouw AOW krijgt. We gaan er zodra het zover is zelfs nog iets op vooruit.’

Hulp van een pensioenvoorlichter

Het was even een puzzelen voor Erik om uit te vinden wat een tijdelijke pensioenverhoging voor hem gaat betekenen. ‘Ik heb een afspraak gemaakt met een pensioenvoorlichter van het ABP en hij wist precies wat ik bedoelde toen ik hem over mijn situatie vertelde. Hij is voor mij gaan rekenen.’ Eerder stoppen met werken betekent minder pensioenopbouw. Erik tilt daar niet zo zwaar aan. ‘De toelage van 800 euro die ik ontvang tot de datum dat ik AOW krijg, compenseert dit ruimschoots. Het is een hele mooie regeling.’

Lees ook de verhalen van de andere deelnemers die kozen voor een alternatief pensioen: zoals Mirjam en Jos. Of lees het artikel waarin pensioenvoorlichter Fabian Schumans vertelt welke mogelijkheden er zoal zijn.