Luuk Duijnkerke is 30 jaar en huisarts in opleiding. Waar geeft Luuk zijn geld aan uit? En wat komt er maandelijks binnen? Luuk en zijn vriendin hebben samen een zoon, Mats (8 maanden). Heeft het vaderschap effect op zijn uitgaven?
Naam: Luuk Duijnkerke
Leeftijd: 30 jaar
Baan: huisarts in opleiding
Aantal uren per week: 27 uur betaald + 7 uur 70% betaald ouderschapsverlof
Woonsituatie: samenwonend in een huurhuis met zijn vriendin en baby Mats
Spaarrekening: € 20.000
Beleggingen: € 4.500
Totaal gezamenlijke uitgaven: € 2.230
Huur: € 1.000
Gas, water, licht, internet en tv: € 300
Boodschappen: € 650 + € 50 luiers en babyvoeding
Kinderopvang: +/- € 230 na vergoeding kinderopvangtoeslag
Totaal eigen uitgaven: € 725
Auto: € 155 incl. benzine, wegenbelasting en autoverzekering
Zorgverzekering: € 140
Telefoon: € 25
Abonnement: € 5
Aflossing studiefinanciering: € 400
“Ja, ik ben tevreden. Voor de geboorte van onze zoon Mats werkte ik fulltime. 38 uur op contract, maar in de praktijk was dit eerder 50 uur. Deze uren kreeg ik niet uitbetaald en tijd-voor-tijd was ook niet de bedoeling. Ik streef er nu naar om zo min mogelijk overuren te maken. Dit kan, omdat ik vader ben en uiterlijk om 17.30 uur bij de kinderopvang moet zijn. Maar als ik vrijgezel was, dan zou ik geen verplichting hebben om op tijd te vertrekken. Dan doe je dat minder snel.
Nu het zwangerschapsverlof van mijn vriendin erop zit, neem ik wekelijks 7 uur ouderschapsverlof op. Hierdoor werk ik gemiddeld 27 uur per week. Ik geniet ervan om voor Mats te zorgen. Mijn studie heeft nog steeds prioriteit, maar is lastiger te combineren met het vaderschap.”
“Voordat ik vader werd spaarde ik € 500. Op dit moment los ik € 400 af van mijn studieschuld. Ik ben meer gaan aflossen, doordat de studielening nu niet meer renteloos is. Ook beleg ik nog niet zo lang. In het 1e jaar had ik 8% winst en het volgende jaar 10% verlies. Tot nu toe heb ik 2% verlies gemaakt. Bitcoins durf ik niet te kopen en daar zou ik veel te laat zijn ingestapt.
Daarnaast zet ik maandelijks € 100 opzij voor Mats. Op zijn 18e heeft hij dan ruim € 20.000. Ik hoop dat dit hem een mooie start geeft en dat hij het besteedt aan zijn studie of rijbewijs.”
“Mijn hobby is fietsen op mijn mooie racefiets: een Caad 12. Aan onderhoud geef ik ongeveer € 300 per jaar uit. Een deel hiervan is arbeidsloon voor de fietsmaker, ik ben niet zo handig. En ik heb nieuwe banden, een fietsketting of remmen nodig. En een racefiets vergt meer onderhoud dan een stadsfiets.
Verder gaan we 1 keer per maand uiteten en weet ik de ijskraam bij ons in de buurt goed te vinden.”
“Ik heb geleerd om zuinig om te gaan met geld. Mijn oma heeft mijn moeder geleerd om zuinig om te gaan met geld. En zij heeft dit aan mij doorgegeven.”
“Een Mazda 3 kocht ik 2 jaar geleden voor € 4.400. De auto had nog geen 40.000 km op de teller staan en tot nu toe heb ik geen grote onderhoudskosten.”
“Onlangs bezocht ik een tentoonstelling van Vermeer in het Rijksmuseum. Ik kocht een retourkaartje voor de trein met korting, een toegangskaart voor de tentoonstelling en een koffie voor onderweg. Voor dit ene dagje uit was ik € 65 kwijt. Daar schrik ik van.”
“Mijn racefiets: een Caad 12. Deze kocht ik 3 jaar geleden voordat corona uitbrak, een gunstig moment, voor € 1.400. Met 1.000 km per jaar op de teller heb ik daar al veel plezier aan beleefd.”
“Nou, dat zijn meerdere impulsaankopen. Zo kocht ik laatst een ‘kassakoopje’ bij een drogist. Het waren wasballetjes, zodat de was extra lekker gaat ruiken. Uiteindelijk wist ik niet eens hoe ik het moest gebruiken. Het is ook onnodig, want ik kan gewoon wasverzachter gebruiken. Ik kocht ook nog eens 3 verpakkingen.”
“Heel weinig om eerlijk te zijn. Op Mijnpensioenoverzicht.nl zag ik dat ik nu jaarlijks € 150 pensioen van ABP zou krijgen. Dit bouwde ik op toen ik als assistent-docent bij UMC Utrecht werkte.
Door minder te werken, bouw ik nu minder pensioen op bij Pensioenfonds voor Huisartsen (SPH). Daarnaast houd ik minder geld per maand over. Maar bij mijn kind zijn vertegenwoordigt ook een bepaalde waarde. Voor Mats vind ik het ook belangrijk dat pensioengeld duurzaam wordt geïnvesteerd. Ik wil ook dat er later voor hem een leefbare wereld is.”
“Ik heb mijn oma zien leven van een AOW-uitkering en een klein aanvullend pensioen. Zij kon met weinig geld, toch het leven leuk maken. Als mijn oma nog had geleefd tijdens de huidige inflatie zou ze haar kleine spaarpot moeten ‘opeten’. Dat vind ik een verdrietige gedachte.
Voor mijn oude dag wil ik het beter regelen. Wanneer ik mijn opleiding afrond en als huisarts aan de slag ga, gaat mijn salaris jaarlijks omhoog. Daarmee ook mijn pensioenopbouw. Ik verwacht dat het uiteindelijk goed komt.
Maar de beste pensioenpot of manier om vermogen op te bouwen is, volgens mij een koopwoning. Ik ben blij dat we niet een huis hebben gekocht toen de huizenmarkt zijn hoogtepunt bereikte qua overbieden en hypotheekrente. En ik ben blij dat we een mooie nieuwe huurwoning hebben in plaats van een huis dat we nog moesten verbouwen. Over een paar jaar kunnen wij ook een (instapklare) woning kopen.”
“Als we beiden onze studies afronden, dan zijn we huisarts. Ons inkomen zal dan toenemen, hierdoor maak ik mij financieel geen zorgen. Maar als 1 van ons besluit te gaan werken in een andere sector, moeten we serieus nadenken of al onze plannen financieel haalbaar zijn.”
“Dat zou grote gevolgen hebben. We zouden niet in ons huidige huis kunnen wonen. We zijn nog niet aangemeld bij elkaars pensioenfondsen, dus we zouden ook geen nabestaandenpensioen ontvangen.
Voor ons gevoel hoef je de liefde niet vast te leggen. Maar financieel gezien, is dit wel belangrijk. Daarom gaan we dit regelen. Niet alleen voor ons, maar ook voor Mats.”
Vliegt bij jou het geld de deur uit of spaar je voor iets bijzonders? Durf jij over geld te praten en ben je jonger dan 38 jaar? Stuur dan een e-mail naar ingesprekmet@abp.nl. Wie weet nemen we contact met jou op voor een interview.
