In de begroting van het demissionaire kabinet voor komend jaar staat weinig nieuws als het gaat om uw pensioen. Dat blijkt uit de plannen die bekend zijn geworden op Prinsjesdag. Er liggen al uitgebreide plannen voor een nieuw pensioenstelsel. Daarmee hebben de beleidsmakers in Den Haag hun handen de komende tijd al vol.
De koning zei al in zijn troonrede: “Grote nieuwe keuzes voor de lange termijn zijn aan een volgend kabinet.” Als het gaat om grote nieuwe keuzes op het gebied van pensioenen, dan ligt er al een plan: het nieuwe pensioenstelsel. Iedereen is druk bezig met de voorbereidingen hiervoor. Dat geldt ook voor de beleidsmakers die alle plannen beschrijven in een nieuw wetsvoorstel: de wet Toekomst pensioenen. Volgend jaar besluiten de Eerste en Tweede Kamer over dit wetsvoorstel. De wet treedt 1 januari 2023 in werking.
Het kabinet verwacht dat werkenden meer geld kwijt zullen zijn aan pensioenpremies volgend jaar. Verder verwacht het kabinet dat pensioenfondsen hun pensioenen volgend jaar niet hoeven te verlagen. De kans dat de pensioenen verhoogd kunnen worden (ook wel: indexatie) is volgens het kabinet echter ook klein.
Uit rekensommen blijkt dat mensen die nog werken er dit jaar gemiddeld 1,2% op vooruit gaan en gepensioneerden met 0,1%. Voor volgend jaar verwacht het kabinet dat de koopkracht stabiel blijft. Het gaat hierbij om gemiddelden. De verwachting is dat:
Wat het precies voor u betekent, hangt verder af van uw persoonlijke situatie. Er veranderen meer regels die invloed kunnen hebben op de hoogte van uw inkomen. Wat voor u geldt, hangt bijvoorbeeld af van of u alleen woont of samen met een partner. Of dat u een koopwoning hebt met een hypotheek of een woning huurt.