
Mensenrechtenindex: bedrijven scoren iets beter, maar nog veel ruimte voor verbetering
De prestaties van bedrijven in sectoren waar het risico bestaat op betrokkenheid bij mensenrechtenschendingen zijn het afgelopen jaar verbeterd. Driekwart van de bedrijven is sinds 2017 beter rekening gaan houden met mensenrechten. Tegelijkertijd gaapt er een kloof tussen de kleine groep koplopers en het grote aantal bedrijven dat weinig tot niets aan mensenrechten doet. Dat blijkt uit de jaarlijkse Corporate Human Rights Benchmark (CHRB), die ABP gebruikt om met bedrijven in gesprek te gaan over mensenrechten.
Op de goede weg
Niet achterover leunen
Inzichten gebruiken
De CHRB vergelijkt de mensenrechtenprestaties van 187 bedrijven in kleding, grondstoffen, landbouw en - dit jaar voor het eerst - ICT. Dit zijn sectoren waar risico op betrokkenheid bij schendingen van mensenrechten groot is. Bij het samenstellen van de index wordt bijvoorbeeld gekeken of bedrijven hun werknemers een leefbaar loon betalen en wat zij doen aan kinder- of gedwongen arbeid of de bescherming van mensenrechtenactivisten.
ABP gebruikt de inzichten uit de index om verantwoorde beleggingskeuzes te maken. “De ranglijst is belangrijk om inzicht te krijgen in de prestaties van de bedrijven waarin we kunnen beleggen en om het bewustzijn van bedrijven te vergroten. Daarnaast geeft de lijst aanknopingspunten om met bedrijven in gesprek te gaan over mensenrechten’, legt Anna Pot uit. Ook andere grote beleggers en internationale samenwerkingsverbanden maken inmiddels gebruik van de CHRB-uitkomsten.
15-11-2019