Het maakt niet uit of u salaris, pensioen of een uitkering krijgt. De organisatie waar u geld van krijgt, houdt automatisch belasting in op uw salaris, pensioen of uitkering. Dat heet ook wel loonheffing. Hoeveel het is, ziet u op uw salarisstrook of betaalspecificatie. Uw werkgever(s), pensioenfonds(-en) of uitkeringsinstanties maken dat geld over aan de Belastingdienst.

Zo betaalt u elke maand een stukje belasting. Op die manier hoeft u niet in 1 keer heel veel geld te betalen na uw aangifte inkomstenbelasting. 

Iedereen kan korting krijgen op de belasting die hij of zij betaalt via de loonheffing. Dat noemen we ook wel: loonheffingskorting. Let daarom op als u inkomen heeft uit meerdere bronnen. Bijvoorbeeld:

• AOW van overheid en pensioen van ABP;
• pensioen van meer dan één pensioenfonds;
• salaris van meer dan één werkgever;
• een uitkering van UWV en salaris.

U kunt het pensioenfonds, de werkgever of de uitkeringsinstantie vragen om de loonheffingskorting aan of uit te zetten.

• Laat u hem toepassen op meerdere inkomens? Dan kunt u een naheffing krijgen van de Belastingdienst.
• Laat u hem nergens toepassen? Dan kunt u de korting waar u recht op heeft zélf bij de Belastingdienst terugvragen.

Op de AOW past de overheid automatisch de loonheffingskorting toe. Wij doen dat standaard niet. Alléén als u het aan ons vraagt passen wij de loonheffingskorting toe.

U kunt de loonheffingskorting op uw pensioen van ABP aanzetten (en ook weer uitzetten) in MijnABP. Ga hiervoor naar de pagina ‘Pensioenuitkering’. 

Zet uw inkomsten (bijvoorbeeld andere pensioenen) en uitgaven op een rij in de keuzehulp in MijnABP. Beslis hierna of u de loonheffingskorting bij ABP aanzet of niet.